Op 17 april 1915 werden zware mijnladingen onder de Duitse stellingen op Hill 60 tot ontploffing gebracht. Sinds de Duitse inname van de heuvel op 10 december 1914 groef de British Expeditionary Force, 24 à 30 m onder de heuvel, gangen die ze vulden met zware mijnladingen en dieptebommen. Na de ontploffing bestormden Britse en Franse troepen de Duitsers en namen de heuvel opnieuw in. Na deze ontploffingen kwamen er eigenaardige gassen vrij en ontdekten de Britten eigenaardige cilinders, maar ze konden deze niet thuisbrengen. Dit was echter de voorbode voor wat komen zou.
De Tweede Slag om Ieper kon beginnen.
Op zeer korte afstand liggen de geallieerden in een verdedigingslinie rond Ieper:
- Belgische 6e divisie: westelijke kanaaloever van Steenstrate tot kust
- Franse 87e Territoriale Divisie: van Steenstrate tot Langemark
- Frans-Algerijnse 45e divisie: noorden Langemark tot zuiden Poelkapelle
- Canadese 1e divisie: van Franse linie tot “Berlin Wood” (’s Graventafel)
- Britse 28e, 27e en 5e divisie: vanaf Berlin Wood
De Duitse troepenopstelling:
- 46e, 52e en 51e reservedivisie en 4e Marine Brigade: ten opzichte van Belgische 6e divisie
- 2e Reserve Ersatz Brigade, 38e Landwehr Brigade en 37e Landwehr Brigade: ten opzichte van Canadese 1e divisie
- 53e en 54e reservedivisie: ten opzichte van Britse 28e divisie
- 39e en 30e infanteriedivisie: ten opzichte van Britse 27e divisie
- 3e Beierse Divisie: ten opzichte van Britse 5e divisie
In de buurt van Steenstrate (nabij Houthulst) worden op 22 april 1915 Frans-Algerijnse troepen bestookt met granaten. Even later zien de Canadese soldaten pijpen boven de Duitse loopgraven uitsteken, maar ze negeren dit vreemde schouwspel. Zelfs aan de waarschuwing van een overgelopen Duitse soldaat, enkele dagen voordien, van een mogelijke aanval met gas, werd nauwelijks aandacht gegeven.
Pas om 17.00 u in de namiddag zien ze een geelgroene nevel op zich afkomen. De Duitsers hebben 5730 gasflessen met chloorgas opengedraaid. De Franse troepen, territoriale Zouaven, worden meteen bevangen door het gas, zodat er een groot gat van 6 km ontstaat in het front. De Canadezen proberen het gat te dichten, maar ook zij komen in de gaswolken terecht en verliezen meer dan 2000 manschappen.
Om 18.00 uur is Langemark veroverd en de Duitsers rukken op naar “Kitcheners’ Wood”, het bos ten zuidwesten van Sint-Juliaan, dat bezet wordt door de Canadese 1° divisie. Deze improviseren gasmaskers, met zakdoeken natgemaakt met water of urine, tegen het gifgas en voorkomen zo op 24 april 1915 een grote Duitse doorbraak.
De Duitsers hadden echter het succes van hun acties onderschat en hadden weinig of geen ondersteuning voorzien voor een verdere doorbraak. De Duitse aanvallen worden dus, bij gebrek aan ondersteuning, tijdelijk gestaakt, maar begin mei 1915 moeten de Britten hun stellingen op Hill 60 terug vrijgeven na hevige gifgasaanvallen door de Duitsers. De Duitsers kunnen tot de oostelijke rand van Hill 62 doorbreken.
Op 6 mei 1915 wordt generaal sir Horace Smith-Dorrien, de bevelhebber van het Britse 2e leger, ontslagen en vervangen door generaal Herbert Plumer. Hij wilde een tactische terugtrekking invoeren om de druk op de Ieperboog te verminderen, maar dit was geheel tegen de wil van veldmaarschalk sir John French. Deze laatste beveelt meteen verdere tegenaanvallen.
De Duitsers veroveren op 8 mei 1915 de Frezenberg en houden daar stand. Op 24 mei 1915 doen ze een uitval naar de heuvelrug van Bellewaerde, maar door de Britse tegenaanvallen is het succes daar niet zo groot als verwacht.
Uiteindelijk valt het offensief op 25 mei 1915 stil. De verliezen zijn groot: de Britten verloren 58.000 manschappen, de Fransen zo’n 10.000. Meer dan 100.000 Duitse soldaten sneuvelden of raakten gewond.
Uiteindelijk trokken de Britten zich toch terug, zoals sir Horace Smith-Dorrien voordien voorgesteld had. Zo werd de Apex in de Ypres Salient, zoals de Ieperboog werd genoemd, afgezwakt.
© WikiPedia